30 april 2018

Bang om te bewegen

Wie plotseling geconfronteerd wordt met een hartinfarct of gediagnosticeerd wordt met een chronische aandoening kan bang raken om te bewegen. Zo is er soms angst voor verergering van de klachten door (te intensief) bewegen of angst dat er iets kapot gaat.

Maar het vermijden van lichamelijke activiteit kan juist negatieve gevolgen hebben voor de aandoening. Voor veel genezingsprocessen is beweging één van de belangrijkste factoren. Bewegingsangst kan door middel van een goede uitleg van en behandeling door een fysiotherapeut verholpen worden. Hierbij legt de fysiotherapeut uit dat er verschil is tussen acute en chronische pijn en hoe je geleidelijk aan je lichaam op een goede manier weer kan inzetten bij allerlei activiteiten. Als het om een ernstigere vorm van bewegingsangst gaat, kan een psycholoog begeleiding bieden. Ook binnen de revalidatieprogramma’s van Flow is er volop aandacht voor het (opnieuw) durven bewegen.

Geschikte sporten
Welke sporten zijn het meest geschikt, wanneer je een chronische aandoening hebt, zoals COPD, diabetes of artrose? “Over het algemeen kun je nog veel laag intensieve sporten doen, zoals wandelen, fietsen, zwemmen of nordic walking”, zegt geriatriefysiotherapeut Liesbeth Beliën. “Intensievere sportvormen, zoals voetbal en tennis, zijn vaak ook mogelijk. Overleg met je arts is dan wel belangrijk. Zo mogen patiënten met artrose dit soort sporten pas hervatten als hun gewrichten niet meer ontstoken zijn. Verder is het natuurlijk belangrijk om goed te letten op de signalen van je lichaam.” Weet je niet goed of de sport die je beoefent geschikt is? Dan kun je voor advies terecht bij een fysiotherapeut. Als je zeker wilt weten of je fit genoeg bent voor een intensieve sport dan kan een test bij een sportarts veel inzicht bieden.

Lees hier het ervaringsverhaal van Jeanne Corsten, die na haar hartinfarct onder begeleiding van fysiotherapeuten in MMC weer durfde te sporten.