Bevalling inleiden

Het inleiden van een bevalling is het kunstmatig op gang brengen van weeën. De gynaecoloog of verloskundige kiest hiervoor wanneer het beter is om de baby eerder geboren te laten worden in plaats van een spontane bevalling af te wachten.

Inleiden

Redenen om over te gaan tot het inleiden van een bevalling zijn bijvoorbeeld: als u ver over tijd bent, als u een hoge bloeddruk heeft of als uw kind een groeiachterstand heeft. Er zijn twee manieren om een bevalling in te leiden. De gekozen manier is afhankelijk van de rijpheid van de baarmoedermond.

  • Is de baarmoedermond nog onrijp (dus nog gesloten), dan wordt een dun rubber slangetje (Foley catheter) in de baarmoedermond ingebracht. Na plaatsing wordt aan het uiteinde een ballonnetje met een doorsnede van ongeveer 3 cm gevuld met water. Deze ballon zorgt ervoor dat de baarmoedermond rijp wordt.
    Vanaf 1 februari 2021 is het voor vrouwen in bepaalde laag-risico situaties mogelijk om na het inbrengen van de Foley katheter naar huis te kunnen. Uw arts of verloskundige bespreekt met u of u hiervoor in aanmerking komt.
  • Is de baarmoedermond rijp, dan worden de vliezen gebroken en krijgt u indien nodig een weeënstimulerend infuus.

Bijstimulatie

Soms is de bevalling spontaan begonnen maar zet deze niet goed door. De weeën zijn niet sterk genoeg waardoor er geen vooruitgang is. De arts kan dan overgaan tot bijstimulatie van de bevalling. Zo kan hij de vliezen kunstmatig breken of een weeënstimulerend infuus aanleggen.

Informatiefilms

Op deze pagina vindt u informatiefilms over het inleiden van een bevalling van de Nederlandse Vereniging voor Obstetrie & Gynaecologie (NVOG).