Hart- en longrevalidatie: je leven weer op de rails

Hartrevalidatie en longrevalidatie bieden de mogelijkheid om je conditie te verbeteren en weer fit te worden. Maar hoe gaat dat in zijn werk? Wat biedt afdeling hart- en longrevalidatie op dit gebied en hoe kun je zelf bijdragen aan een goed herstel? Cardioloog Hareld Kemps en longarts Stijn Mol vertellen hier meer over.

Wat houdt revalidatie in?
Stijn Mol: “Patiënten met een (chronische) ziekte voelen zich vaak minder fit. In ons revalidatieprogramma wordt daar op verschillende vlakken iets aan gedaan. In het geval van longziekten bijvoorbeeld speelt naast kortademigheid en hoesten vaak ook moeheid een rol. Hierdoor kan de patiënt zich minder of langzamer bezighouden met dagelijkse zaken. Na langere tijd wordt je spiermassa en spierkracht daardoor minder. Bij de afdeling hart- en longrevalidatie leren we de patiënt hoe dat komt en bouwen we de conditie zowel lichamelijk als geestelijk weer op.”

Wanneer kom je in aanmerking voor het revalidatieprogramma?
Hareld Kemps: “Na een behandeling is nazorg erg belangrijk. Mensen moeten fysiek revalideren en hun conditie weer opbouwen. Bij dat proces zien we veel andere klachten ontstaan: mensen kunnen bang zijn voor inspanning en er kunnen depressieve klachten ontstaan. Het is van belang dat mensen hun leefstijl veranderen om zo de kans op een terugval te voorkomen. Ook patiënten met lichte klachten hebben baat bij het revalidatieprogramma. Je conditie gaat ook in dat geval langzaam achteruit. Het is dus zaak om er op tijd bij te zijn.”

Wie zijn er betrokken bij de revalidatie?
Stijn Mol: “Bij de afdeling hart- en longrevalidatie hebben we een multidisciplinair team, waarin gespecialiseerd verpleegkundigen een spin in het web vormen. Daarnaast zitten in dat team ook medisch specialisten, sportartsen, fysiotherapeuten, diëtisten, een ergotherapeut en een psycholoog. Door beperkingen kun je soms in een sociaal isolement terecht komen. Dat kan psychologische gevolgen hebben. Kortom: er wordt op maat bekeken wat er per patiënt nodig is.”

Hoe verloopt een revalidatietraject?
Hareld Kemps: “Elke patiënt krijgt eerst een persoonlijk intakegesprek om de beperkingen in kaart te brengen. In een team van specialisten en ondersteuners wordt vervolgens voor elke patiënt individueel beoordeeld welk programma hij moet gaan doorlopen. We geven informatie over leefstijl en medicatie en over hoe om te gaan met klachten. Daar zijn allerlei behandelingen aan gekoppeld. Dat betekent fysiek trainen, maar ook begeleiding bij stoppen met roken en gewichtsaanpassingen. Uiteindelijk moet de patiënt zijn leven weer op de rails krijgen en daar leveren wij op deze manier een bijdrage aan.”

Wat is de rol van de patiënt?
Stijn Mol: “De motivatie van de patiënt is cruciaal. Het team dat om de patiënt heen staat kan daar bij helpen en motiveren. Net als een wielrenner die de Alpes d’Huez op wil, moet een patiënt om zijn conditie weer op peil te krijgen dagelijks trainen. De start van het programma is de aanzet tot een nieuw leven. Uiteindelijk levert dat enorme winst op. Bijvoorbeeld een oudere man wiens dementerende vrouw in een verpleegtehuis zit. Door zijn beperkingen kon hij steeds moeilijker bij haar langs gaan. Dankzij het revalidatieprogramma voelt hij zich weer zo fit dat hij zijn vrouw iedere dag zonder problemen bezoekt.”