Zwangerschapscontroles

Tijdens uw zwangerschapscontroles worden een aantal zaken standaard gecontroleerd, zoals uw bloeddruk en de groei van de baarmoeder. Op die manier houden we uw gezondheid en die van de baby nauwlettend in de gaten.

Onderzoek

Aan het begin van de zwangerschap – vóór de dertiende week – wordt u onderzocht op syfilis, Hepatitis B, rode hond en HIV. Daarnaast worden uw bloedgroep en Rhesusfactoren bepaald. Laatstgenoemden zijn bloedgroepeigenschappen. Voor bepaalde bloedgroepeigenschappen is aanvullend onderzoek nodig in week 28 van de zwangerschap. Voor meer informatie, bekijk de RIVM folder.

Zorgpad

In het begin van uw zwangerschap overleggen gynaecologen, arts-assistenten en eerste- en tweedelijnsverloskundigen over uw zorgpad. Daarin staat hoe vaak en door wie u gecontroleerd wordt.

Casemanager

Als u vanaf het begin van uw zwangerschap in MMC onder controle bent, wordt één van onze klinisch verloskundigen uw casemanager. Afhankelijk van uw zorgpad ziet u haar drie tot zeven keer tijdens uw zwangerschap. De casemanager zorgt ervoor dat u de juiste informatie op het juiste moment krijgt. Met uw casemanager bespreekt u ook uw geboorteplan, voedingskeuze voor de baby, een leidraad van uw verwachtingen, ideeën en wensen ten aanzien van de bevalling.

Hartfilmpje

Wanneer de baby niet goed blijkt te groeien of wanneer uw bloeddruk stijgt, wordt er vanaf week 24 van de zwangerschap meerdere malen een hartfilmpje gemaakt. De gynaecoloog noteert de hartslag van de baby en registreert de activiteit van de baarmoeder. Aan de hand van de hartslag kan de conditie van de baby worden beoordeeld. Dit wordt ook wel een CTG-registratie genoemd.

Onderzoek naar aangeboren afwijkingen

U kunt ervoor kiezen om in Máxima MC uw ongeboren baby te laten onderzoeken op een erfelijke aandoening of aangeboren afwijking.