15 december 2017

Hemofiliebehandelcentrum: op weg naar beste van 3 ziekenhuizen

v.l.n.r. Floor Moenen (Maastricht UMC+) en Erik Beckers (Maastricht UMC+), onder Britta Laros (Radboudumc) en Laurens Nieuwenhuizen (MMC), allemaal internist-hematoloog

MMC, Radboudumc en Maastricht UMC+ werken samen in één behandelcentrum

De beste zorg, dichtbij huis, voor mensen met hemofilie en aanverwante stollingstoornissen in de regio Oost- en Zuidoost-Nederland. Dat is het doel van de samenwerking tussen Máxima MC, Radboudumc en Maastricht UMC+ binnen één hemofiliebehandelcentrum.

Mensen met hemofilie (bloedziekten) en aanverwante stollingsstoornissen kunnen al sinds jaar en dag terecht in het Radboudumc, MaastrichtUMC+ en Máxima MC. “Met het samengaan in één centrum willen we de zorg verbeteren”, vertelt Britta Laros, internist-hematoloog in het Radboudumc.

Zelfde visie en doelstellingen

Elk van de drie ziekenhuizen verleent de zorg aan hemofiliepatiënten vanuit dezelfde visie en doelstellingen. Daarbij werken de hematologen uit de drie ziekenhuizen op elkaars locaties, en gebruiken ze dezelfde behandelprotocollen. Ook zijn er gezamenlijke multidisciplinaire besprekingen, worden stollingsfactoren gemeenschappelijk ingekocht en trekken de drie ziekenhuizen samen op in het wetenschappelijk onderzoek naar zeldzame stollingstoornissen en verhoogde bloedingsneiging.

De hematologen voeren op vaste dagen in de maand elders spreekuur dan in zijn of haar ‘eigen’ ziekenhuis. Eenmaal per maand worden in het Radboudumc door de hematologen van de drie ziekenhuizen de complexe patiënten besproken. Laurens Nieuwenhuizen, internist-hematoloog in MMC: ”In het Radboudumc zijn er meer diagnostische mogelijkheden om bijvoorbeeld bloedanalyses te doen. Zo kan ik een patiënt vanuit de polikliniek in MMC naar Radboudumc laten komen voor diagnostiek. Vervolgens kan ik deze patiënt weer in Eindhoven zien. Het is prettig voor de patiënt dat die één behandelaar blijft houden.”

Hoger plan

De drie ziekenhuizen gaan nu gemeenschappelijke zorgpaden inrichten voor het behandelproces van de patiënt. Britta: “Je kunt bij alle drie de ziekenhuizen kijken waar de zorg goed is en waar het beter kan. Je kunt leren van elkaar en elkaars ‘best practices’ overnemen. Als je het beste uit alle huizen verenigt, til je overal de zorg naar een hoger plan.”