24 oktober 2017

‘Onderhoudsantibiotica niet nodig bij kinderen met open rug’

Het gebruik van zogenaamde onderhoudsantibiotica om urineweginfecties te voorkomen, heeft bij kinderen met een open rug slechts een klein effect. Dat blijkt uit promotieonderzoek van Bas Zegers, kinderarts in Máxima MC (MMC). “Kinderen met een open rug kunnen over het algemeen veilig met deze antibiotica stoppen.”

“Een groot deel van de kinderen met spina bifida (de medische term voor een open rug, red.) heeft regelmatig last van urineweginfecties, zoals een blaasontsteking of nierbekkenontsteking”, zegt Zegers. “Bij deze kinderen gaat er iets fout bij de aanleg van de wervelkolom en zenuwbanen. Dit heeft invloed op de spieren. Deze kunnen verslappen of juist te hard werken. Als de sluitspieren te hard werken, sluiten ze de blaas af. Daardoor blijft er urine achter. Dit kan een blaasontsteking veroorzaken.” Om een urineweginfectie te voorkomen, gebruikt een deel van de kinderen met spina bifida langdurig antibiotica. Dit wordt onderhoudsantibiotica genoemd.

Stopgroep
Na de geboorte wordt bij kinderen met een open rug direct gestart met onderhoudsantibiotica. “Bij baby’s is het afweersysteem nog onvoldoende ontwikkeld”, legt de kinderarts uit. “Onderhoudsantibiotica zijn dan écht nodig.” Momenteel gebruiken veel kinderen ook op latere leeftijd nog onderhoudsantibiotica. “Als de baby echter genoeg weerstand heeft opgebouwd en het thuis lukt om een volle blaas dagelijks met katheters leeg te maken, kan er gestopt worden. Dat is meestal zo’n drie tot vier maanden na de geboorte.” Zegers kwam tot die conclusie na een test waarbij hij één groep kinderen liet stoppen met onderhoudsantibiotica, terwijl de andere groep de medicatie voortzette. “Bij de stopgroep kwamen weliswaar iets meer urineweginfecties voor, maar het effect van onderhoudsantibiotica bleek in de praktijk klein. Kinderen moeten deze antibiotica meer dan twee jaar innemen om één extra blaasontsteking te voorkomen.” Zegers pleit voor het stoppen met onderhoudsantibiotica, maar weet ook dat het voor een kleine groep niet mogelijk is. “Kinderen met ernstige afwijkingen van de urinewegen krijgen dan teveel last van urineweginfecties. Daarom moet de zorg aangepast worden aan ieder individu.

Voordelen
Uit het onderzoek van Zegers blijkt daarnaast dat urineweginfecties voortaan thuis door een negatieve dipsticktest uitgesloten kunnen worden. Door deze urinetest is een urineonderzoek in het ziekenhuis of het – uit voorzorg – starten van een antibioticakuur niet meer nodig. Alles bij elkaar heeft dit zowel lichamelijke als mentale voordelen, vertelt de kinderarts. “De meeste kinderen met spina bifida hebben een slecht zelfbeeld. Ze hebben het gevoel anders te zijn dan hun leeftijdsgenoten. Alle medicatie die zij krijgen, herinnert hen aan het feit dat ze ziek of anders zijn. Stoppen met onderhoudsantibiotica kan dus positief zijn voor het zelfbeeld. Bovendien is alles wat je van het medicijngebruik af kunt halen goed voor het lichaam.” Zegers noemt nog een derde voordeel. “Kinderen met spina bifida hebben over het algemeen last van meerdere problemen. Daardoor hebben ze vaak al een abonnement op het ziekenhuis. Door de urinetest voortaan thuis uit te voeren, kunnen ze daar een aantal ziekenhuisbezoeken per jaar vanaf halen.”

Vragenlijst
Voor zijn promotieonderzoek volgde Zegers anderhalf jaar lang 176 kinderen uit Utrecht en Leuven met spina bifida. Diezelfde groep legde hij een vragenlijst voor over hun zelfbeeld en kwaliteit van leven. Daaruit blijkt dat deze kinderen vooral mentaal, en niet zozeer lichamelijk, met hun aandoening zitten. Zij geven hun kwaliteit van leven een lagere score dan gezonde kinderen. Opvallend is dat ouders de kwaliteit van leven van hun kinderen nóg lager inschatten. “Als artsen denken wij vaak te weten waar patiënten mee zitten”, zegt Zegers. “Dat kan echter compleet anders zijn. Mijn boodschap is: screen regelmatig hoe het met de patiënt gaat en sta stil bij de verbetering van hun kwaliteit van leven. Denk bijvoorbeeld aan de juiste hulpverlening bij een slecht zelfbeeld.”

Bas Zegers is op 19 oktober gepromoveerd aan de Universiteit van Utrecht. Hij verrichte zijn promotieonderzoek in Utrecht en Leuven.