‘Inspraak maakt kloof tussen arts en patiënt kleiner’

‘Inspraak maakt kloof tussen arts en patiënt kleiner’

Cees van Tiggelen (71) geniet al een aantal jaar van zijn pensioen. Hij is fanatiek bridger en golfer en nog maatschappelijk actief. Begin 2016 valt er een uitnodiging voor het bevolkingsonderzoek darmkanker op de deurmat. “Ik had nergens last van, maar besloot wel om deel te nemen aan het bevolkingsonderzoek.”

Uit het onderzoek blijkt dat er enkele poliepen in Cees zijn darmen te zien zijn, waarvan één kwaadaardig. Hij wordt doorverwezen naar een ziekenhuis waar hij via het bevolkingsonderzoek is ingedeeld. Dat ziekenhuis ligt niet echt bij Cees zijn woonplaats in de buurt. In het ziekenhuis krijgt hij te horen dat het darmkanker betreft. “Dat was een heel emotioneel moment. Darmkanker komt in mijn familie helemaal niet voor dus ik verwachtte het niet.” Cees wordt geopereerd, waarbij een stukje van zijn darm wordt verwijderd. Helaas blijkt dat naast een poliep in zijn darmen, ook twee lymfeklieren zijn aangetast door de kanker. “Toen ik dat te horen kreeg, ben ik wel bang geweest. Deze klap was misschien nog wel groter dan toen ik hoorde dat ik darmkanker had. Ik was bang dat ik toch te laat was.”

Chemotherapie

Cees wordt aangeraden om chemotherapie te volgen om de kanker in zijn lymfeklieren te bestrijden. Hij besluit, na een minder prettige ervaring bij het voorgaande ziekenhuis, de behandeling in Máxima MC (MMC) te doen. “Over MMC hoorde ik al goede verhalen en het was ook dichter bij mij in de buurt dan het ziekenhuis waar ik geopereerd ben, net zo makkelijk. De chemotherapie ben ik heel goed doorgekomen. Van het half jaar dat ik de therapie kreeg, ben ik maar één dag écht ziek geweest.”

Tintelingen

De therapie slaat goed aan en Cees is nu schoon. Tijdens zijn chemotherapie in MMC heeft Cees invloed gehad op zijn behandeling. “Ik hield goed bij wat er met mij gebeurde en deelde dat met de arts. Na een tijdje merkte ik dat ik tintelingen had in mijn handen. Als ik iets kouds pakte, voelde het alsof ik stroom kreeg. Ik vroeg aan de arts of het aan de zwaarte van de medicijnen lag. Dat klopte en in overleg hebben we besloten om de zwaarte van de chemotherapie aan te passen. Het was prettig dat de arts mij serieus nam.”

Werkgroep

Naast zijn behandeling bespreekt Cees met de arts ook klantbenadering. Naar aanleiding hiervan wordt hij gevraagd om deel te nemen aan een werkgroep in de oncologische zorg. Deze werkgroep houdt zich bezig met de verbetering en ontwikkeling van oncologische en chirurgische zorg. Cees wil graag meedenken over betere zorg rondom darmkanker en besluit deel te nemen. Zo heeft hij ook een steentje bijgedragen aan de vorming van het Máxima Oncologisch Centrum. “De werkgroep voelt echt als een warm bad. Ik ben positief verrast door hoe serieus de artsen mijn inbreng nemen.” De waarden van de patiënt moeten volgens Cees centraal staan in het behandelproces. “Tijdens mijn behandeling vond ik serieus genomen worden, aandacht voor preventie van darmkanker en mondigheid heel waardevol. Dit probeer ik in de werkgroep ook uit te leggen aan de artsen. Als patiënten niet mondig zijn, hebben ze geen of nauwelijks invloed op hun behandeling. Artsen moeten de patiënten hierbij helpen. Zo wordt de kloof tussen arts en patiënt veel kleiner, met als gevolg een positieve invloed op de kwaliteit en de duur van het genezingsproces.”

Meer ervaringen oncologie