Delier

Een delier komt, net als koorts, regelmatig voor bij mensen met een lichamelijke ziekte. De verwardheid bij een delier is vergelijkbaar met het ‘ijlen’ van een koortsig kind. Een delier is geen onschuldig verschijnsel van ziekte. Het optreden ervan wijst er meestal op dat er iets ernstigs aan de hand is, dat onderzocht en behandeld moet worden. Een delier verdwijnt als de onderliggende ziekte over is.

Het belangrijkste verschijnsel van een delier is de acute verwardheid van de patiënt. Mensen met een delier hebben zelf meestal niet door dat ze verward zijn, maar hun omgeving des te meer. Voor de familie is de verwardheid meestal een grote schok.
Een delier treedt meestal op bij mensen, van wie al bekend is dat zij ziek zijn. Zij hebben bijvoorbeeld een longontsteking of andere ziekte, of hebben net een grote operatie achter de rug. Ook kan het zijn dat ze bij een ongeluk of door een hersenbloeding een hersenbeschadiging hebben opgelopen. Vaak liggen mensen al in het ziekenhuis voor zij verward worden.

Symptomen

Een delier ontstaat vrij plotseling, vaak binnen enkele uren tot dagen. De verschijnselen wisselen in ernst over de dag. ’s Avonds en ’s nachts verergeren ze meestal. Delirante mensen slapen niet goed. Overdag kunnen de verschijnselen verminderen of zelfs verdwenen zijn. Vaak weet men overdag niet meer wat men de voorgaande nacht heeft beleefd of gedaan.

Verwardheid
Mensen met een delier zijn niet helder van geest, ze zijn verward. Ze slapen niet, maar lijken toch ook niet helemaal wakker: hun bewustzijn is gedaald. Het is moeilijk om tot ze door te dringen, en als het lukt dan dwaalt hun aandacht snel af.

Vergeetachtigheid
Delirante mensen zijn vergeetachtig: aangeboden informatie beklijft niet en moet keer op keer worden herhaald. Ze kunnen niet logisch denken en een normaal gesprek met hen voeren is vaak niet mogelijk. Ze leven in een andere werkelijkheid. Ze weten niet meer waar ze zijn en wanen zich soms heel ergens anders. Soms zijn deze waanideeën terug te voeren op vroegere belevenissen.

Dromen terwijl ze niet slapen
Delirante mensen weten vaak niet meer wat voor dag het is of in welk jaar ze leven. Ze zien de mensen om zich heen soms aan voor heel andere personen. Het lijkt alsof ze dromen, terwijl ze niet slapen. Aansporing helpt hen zelden uit de droom. Patiënten die nachtmerrieachtige dromen hebben, kunnen angstig en onrustig zijn. Soms zijn delirante mensen juist heel rustig. Ze zien vaak dingen die anderen niet zien en reageren daar soms ook op: ze hallucineren.

Wisselende en hoog oplopende emoties
De emoties kunnen erg wisselen en hoog oplopen. Patiënten gedragen zich vaak heel anders dan men van ze gewend is. Het gedrag is niet doelgericht, vaak impulsief, en kan soms zeer ongepast zijn, bijvoorbeeld vrijpostig of zelfs agressief. Delirante mensen kunnen zichzelf in hun verwardheid schade toebrengen, bijvoorbeeld omdat ze niet meer weten dat ze in bed moeten blijven, niet begrijpen dat dat draadje in hun arm een infuus is dat er in hoort te blijven zitten. Ze zijn geneigd te friemelen aan de lijnen aan hun lichaam die ze niet begrijpen, zoals infusen, neussondes, urinekatheters en beademingsbuizen.

Behandeling

Voor de behandeling van de verschijnselen van het delier en advies over ondersteunende maatregelen wordt vaak een psychiater, of bij ouderen een geriater, ingeschakeld. Voor de verschijnselen van het delier zelf worden medicijnen toegediend tegen onrust, angst, waanideeën en hallucinaties. De dosering daarvan hangt af van de ernst van de verwardheid en de onrust. Zodra het delier over is worden deze medicijnen weer gestaakt.

Folder

Acute verwardheid

Bron: de patiënteninformatie (cop. 2015) over delier van de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie (www.nvvp.net). Voor onze website hebben we een selectie gemaakt: aandoeningen die veel voorkomen in de ziekenhuispsychiatrie.